
Het Zweedse woord voor bosaardbei is smultron, en ze zijn zó lekker dat het woord gebruikt wordt om aan te geven wanneer je ergens uitzonderlijk goed kunt eten of koffie drinken. Zo’n plek noemt men een smultronställe (smultronplek). Wij hebben onze eigen smultronställe, want overal groeien de roodsappige heerlijkheden. Cas propt zijn mond helemaal vol ermee.
Terwijl Ingrid aan het werk is (zielig nietwaar?) doet Cas met de hondjes een rondje Böshult, een wandeling van ongeveer anderhalf uur in onze omgeving. De route gaat dwars door bossen en over een redelijke hoogvlakte met fraaie vergezichten.

Plotsklaps valt de blik van Cas op iets wits, midden op het tractorpad. Dit is ongelooflijk! We hadden al veel zeldzame planten gezien, maar dit is echt fantastisch. Zomaar, op deze bosweg staan een vijftal orchideeën, volledig in bloei. De welriekende nachtorchis ofwel nattviol in vol ornaat! Wat een luxe, wat een weelde.