"Hoera, vakantie!", roept moeder Bila als zij samen met haar oudste zoon de straat uitrijdt, onderweg naar ons in Zweden. Gisteren reisde Cas naar Nederland om moeders op te halen en nauwelijks 7 uur later is de reis alweer in omgekeerde richting.
Nog even een laatste zwaai naar pa Pierre en dan is de trip echt begonnen. Ondanks het vroege tijdstip (6.30u) is het op de autosnelweg raas-raas-razend druk! En iedereen heeft haast en jakkert ruim boven de maximumsnelheid naar de plek van bestemming. Gewend aan de Zweedse rust doet Cas het rustig aan. Desondanks zijn we, dankzij de nieuwe A73, binnen anderhalf uur op vliegveld Niederrhein, nabij Weeze. Huurauto inleveren, inchecken en dan een welverdiend koppie koffie. Alleen die krentenbol, die had verser mogen zijn...! Ach, we zijn ook veel te vroeg.
Na de versnapering is het tijd voor het serieuze werk: paspoort- en veiligheidscontrole. Ma Bila vindt het allemaal prachtig en lacht breeduit als de beveiligingsbeambte haar met een handscanner 'afborstelt'. Nog even een kijkje in het winkeltje en dan nog 3 kwartiertjes wachten vooraleer we het vliegtuig in mogen. Nóg eens 2 uur later èn vlekkeloos op tijd staan we op vliegveld Skavsta. Hoe zegt men dat ook alweer: "De vlucht is omgevlogen!"
Koffer oppikken, auto ophalen en dan over muisstille wegen naar Eriksberg. "O, wat heerlijk. O, wat mooi. O, wat fijn! O, wat prachtig!" Moeders komt niet uit-ge-ke-ken gewoon en geniet van de bovenste plank. De laatste 300 meter over de bosweg ("nee maar, dit had ik me heel anders voorgesteld") en dan zijn we thuis. Haar broek is niet langer wit wanneer Àhkkà en Matsi hun 'oma' uitgebreid begroeten. Welkom op Eriksberg!